Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [56]De omzwevende gevangene zal haastelijk los gelaten worden; en hij zal [57]in den kuil niet sterven, en [58]zijn brood zal [hem] niet ontbreken. 56. Anders: die in vreemdheid omher trekt, zal haastelijk verlost worden; te weten zo van de banden der tirannen als van de banden des duivels, dat is, van zonden. Sommigen verstaan dit ook van de verlossing uit de Babylonische gevangenschap. 57. Dat is, in de Babylonische gevangenschap, of in de groef of put der ellende. 58. Dat is, zijn nooddruft.